Fantasy is een lastig genre, omdat het te vaak alleen aan elkaar hangt van een hoop actie, magie en bijzondere wezens. In veel gevallen moet het vooral spectaculair en snel zijn. Maar wat de betere verhalen boven de rest doet uitsteken, is een goed doordacht verhaallijn waarin je als lezer eerst verbaasd en verward wordt, om in een later hoofdstuk uitgelegd te krijgen hoe het zit. Een beetje als een goocheltruc. En dit boek is een bundeling van goocheltrucs, die we al zo vaak gezien hebben maar net weer anders zijn, waardoor je als lezer aangenaam verrast wordt.
In het tweeluik De zeven sleutels draait het om een zoektocht naar de schat van de Roverkoning. Het gezelschap bestaat net als de sleutels uit zeven reisgenoten. Een bijzonder gezelschap waarvan de blinde vos, die voor mij in eerste instantie een kinderachtige keuze leek, uiteindelijk mijn favoriete karakter blijkt te zijn. De wijze waarop dit gezelschap samenkomt, lijkt haast bovennatuurlijk. Maar iets later blijkt dit een bewust en sluw plan te zijn. Het is zo’n moment in het boek, dat me een flinke glimlach bezorgde tijdens het lezen.
Uiteraard zit er veel spanning in, maar de schrijver bouwt dit op verschillende manieren op. Soms gebruikt hij een cliffhanger, een korte onderbreking op een heel spannend moment, maar ook op twee andere manieren. Eén van de personages heeft namelijk het talent om de toekomst te zien, waardoor je alvast een stukje vooruit kunt kijken. Maar daarnaast plaatst de schrijver tussendoor ook soms een zinnetje, die de lezer even op scherp zet. Het zijn verontrustende opmerkingen die weinig goeds beloven.
De zeven sleutels is een verhaal vol geheimen. Vooral de reisleider, een dwerg met de naam Kobold (de keuze voor deze weinig originele naam wordt door de schrijver zelf spottend gebruikt als grap in het verhaal), heeft een dubbele agenda. Deze heeft ook nog eens een landkaart, die voortdurend alleen de weg toont tot aan de volgende poort. En ook de Roverkoning, die al vele jaren dood is, speelt een belangrijke rol in de vorm van de zeven geheimzinnige poorten.
Groot pluspunt van dit verhaal vind ik het feit, dat het maar twee delen zijn, die duidelijk één geheel vormen. Het eerste deel stopt dan ook gewoon halverwege, waardoor je meteen door zou willen gaan met deel 2. Dit is serieuze fantasy voor lezers vanaf 10 jaar, maar waarvan oudere fantasy-lezers ook zullen smullen. Ik kijk enorm uit naar de afsluiting van dit oorspronkelijk Nederlandstalig avontuur. Fantastisch debuut van hoog niveau!